ques avec preuves, titres, cartes géographiques des villes, colonies châteaux, par le Chevalier Charles Maximilien Louis de Brienen de Guesselt, chef officier, châtelain du pays, comté, château et villes de Fauquemont. Op papier. 14. Copij voor den Hoog Welgeboren Heer Carel Lodewijk, Gregorius Jan Baptist van Brienen, ridder, heer van Guesselt, beschreven in de Ridderschap van de provincie Limburg, van eene generale familie-genealogie, afgegeven primo September anno 1819 aan den Hoogen Raad van Adel van het Koningrijk der Nederlanden en zulks ingevolge derzelve aanschrijving van September 1818. 15. Stamtafels der familie Valzolio, van Brienen, de Schele de Welveld. Op papier. 16. Stam- en wapentafel derzelfde familie, gewaarmerkt den 27 Juni 1680, door den wapenkoning van Namen J. Boukelier, met diens opgeplakt zegel en papier met rood lak en onder door de la Jombelle, wapenkoning van Artois, met opgeplakt zegel als boven, door Felix Flacchio escuier", (zegel verloren) en den 9 September 1682 door A. J. C. de Launay voornoemd met zegel als boven. AKTEN. 1. 1507, 16 December. Mechtildis Conynex, weduwe van Renier Conyncx, en hare bloedverwanten bekennen voor de schepenen van Maastricht Hendrik van Gellick en Gerard Prenten, dat zij onder elkander tot ieders voldoening gedeeld hebben eenige goederen hun verbleven na den dood van Arnold van Biecht zoo binnen als buiten Maastricht gelegen, en onder anderen de goederen te „Goesselt". Op perkament. 2. 1518, 12 November. Jennijn de Walsche, zoon van wijlen Cornelis de Walsche, ook als rechthebbende van zijn broeder Petrus, priester in het Noorderklooster bij Brussel, Martina en Marie zijne zusters verkoopen aan Maria de Walsche, dochter van wijlen Everard de Walsche en Alexander Madoets, griffier van het hof van Kamerijk, haar man, landerijen te Assche gelegen, voor Jan van Beerthem en Roelant van de Noot, schepenen te Brussel. Op perkament. 3. 1536, 1 December. Albert Huyginck verkoopt aan Lubbert van Irssem en Elisabeth zijne vrouw twee „ackeren" land onder het schoutambt van Hattum in het wapenveld gelegen. Op perkament. 4. 1621, 6 Augustus. De faculteit der rechtsgeleerdheid aan de Hoogeschool te Reims verklaart, dat Jacob van Brienen van Wageningen plechtig door haar tot doctor in de beide rechten is bevorderd. Op perkament. 5. 1633, 29 Juli. Ingevolge attestatiën van Jan Bueckels en Jac. Rampen, respectievelijk pastoor en onderpastoor der kerk van den H. Gueriex te Brussel, verklaren de burgemeester en schepenen van Leuven, dat Jeronimus Vausseul en Johanna Margareta van Coetsem, wettig gehuwde personen te Leuven zijn en beide de wettige kinderen zijn van Hubert Vausseul en Johanna Anna Logier, en van Frans van Coetsem en Johanna Antonia Gijsels. Op perkament. 6. 1634, 10 September. Paus Urbanus VIII schenkt aan Antonius Valzolio vergunning tot permutatie van zijn kanonikaat in de kerk van den H. Ursmaris te Binches, bisdom Kamerijk, tegen een kanonikaat en prebende van O. L. Vrouw te Aken met Andreas Puteanus, en dit op getuigenis van den ordinarius des eerstgenoemde den aartsbisschop van Mechelen. Op perkament. 7. 1638. Brief van Sauvegarde voor J. Loerants, drossard enz. van Grimbergen door den Koning van Spanje, in zijn raad van Braband. Op perkament. 8. 1656, 31 December. Johan Pesters, doctor in de beide rechten van wege Johan, baron van Gent, luitenant-stadhouder van de leenen der mankamer van Valkenburg, verklaart dat voor hem, Lambrecht Rietraat en meer andere personen als mannen van leen, Hendrik Huysmans als gevolmachtigde van de eerwaarde heeren Jan en Willem Schellarts, krachtens akte van Constitutie 20 December 1656 verleden voor notaris en getuigen beleend is geworden met het leengoed Geusselt, gelegen in de bank van Meerssen, dorp Amby, gekocht van de Paters Augustijnen te Maastricht, met toestemming dat Willem Schellarts als ophelder zou beschouwd worden. In dorso: 1675, 1 Augustus. Voor Petrus Paris, stadhouder en Hieronymus Stas en Leonard Pylmans, respectievelijk leenmannen en leengriffier van het leenhof van Valkenburg, vernieuwt Paulus Mares, namens Willem Schellarts de leenhulde. Op perkament. 9. 1657, 7 Mei. Diploom der Leidsche Hoogeschool, waarbij Karel van Brienen van Brussel tot doctor in de beide rechten bevorderd wordt. Aflegging van den eed door denzelfden, als advocaat van den Souvereinen Raad des Konings in Braband, hertogdom Limburg en landen van Overmaas, in handen van den vice-kanselier G. Paris, 2 Januari 1676. Op perkament. 10. 1673, 8 September. De Staten-Generaal stellen bij deliberatie van den Raad van State tot adjudant van het regiment van den kolonel Arnout van der Meulen aan Arent Jurrien van Camphuysen. Op perkament. Geteekend: T. H. van Voorst en S. van Slingelandt. 11. 1686, 29 April. Isaak van Slijpen, van wege den baron Willem Frederik van Gent, luiten.-stadhouder van de leenen van het manhuis van Valkenburg, land van Overmaas, verklaart dat voor hen verschenen is de advokaat Karel van Brienen als vader en voogd van zijn zoon Johan van Brienen, en gereleveerd heeft het leengoed, genaamd Gusselt", gelegen te Ambij in de bank van Meerssen. Op perkament. 12. 1691, 10 Februari. Herms, echtelieden, verkoopen te Kampen ten overstaan van Frans Hanius, doct. in de rechten, Nicolaas Sluiter, essajeur, en Hendrik Backer, geërfden op Veluwen aan Jr. Egbert Frans ten Bussche en aan Jrn. Jan Ludovic van Doetinchem en Warner toe Boecop, benevens Hendrik Eekholt in qualiteit als momberen over Jrn. Simon Jacobus en Hendrik Otto ten Bussche, kinderen en erfgenamen van wijlen Jr. Egbert ten Bussche en vrouw Judith Glauwe, twee morgen land. Evert van Putten en Annighjen Op perkament. 13. 1694. Jozef Clemens, aartsbisschop van Keulen en prinsbisschop van Luik etc. verleent de waardigheid van commissarisinstructeur te Maastricht, opengevallen wegens het omhelzen van den geestelijken staat door Andreas Gabriël de la Montagne, aan Jan Baptist van Brienen, doctor in de beide rechten. Op perkament. 14. 1710, 6 Augustus. Wouter Herman Ganseneb, genaamd Tengnegel en Gerhardt David Daendels, schepenen van Campen, verklaren dat Anna Sophia, Christina en Arnoldina van Camphuijzen, gezusters, de eerste en de laatste gezond, de derde eenigzins onpasselick", elk harer in het bizonder geassisteerd met den secretaris Hemker, haar gekozen momber, ieder in het. bizonder haar testament hebben gemaakt. Aan de boven- en buitenkerken der stad en aan de nooddruftige armen laten zij 2 goudgulden. Verder testeeren zij onderling op de langstlevende. Op perkament. 15. 1724, 17 October. Frans Charvet, geheimkamerheer van Zijne Kon. Hoogheid, raadsheer van het hoog gerechtshof en „antecessor ad decanatum" van de Universiteit van Pontamousson, verklaart, Carolus Maximilianus, Ludovicus de Brienen van Maastricht tot licentiaat in het kerkelijk en wereldlijk recht. In dorso Proces-verbaal van den eed 10 December 1724 gedaan door den benoemde in handen van den licentiaat schepen Cox bij absentie van den Luikschen Hoogschout. Op perkament. 16. 1727, 5 Augustus. Hendrik Frans Bonhomme, deken van het kapittel van St. Servaas geeft een certificaat van goed gedrag en van bekwaamheid voor Hendrik Willem de Brienen, clericus van St. Servaas-kapittel en legt tevens de verklaring af, dat hij kan toegelaten worden tot de hoogere orden of wijdingen. Op papier. 17. 1727, 19 Augustus. De vicomte d'Alvarado, raadsheer en algemeen ontvanger der domeinen en finantiën van den Keizer, verklaart ontvangen te hebben van Karel Maximiliaan Lodewijk de Brienen 2100 livres, als gift voor het ambt van Drossard van Valkenburg, welke plaats vacant was door den dood van Renier Beaumont, welk geld hij zou gebruiken voor zijn officie zelf en reserveeren ter dispositie van zijne Hoogheid. Op perkament, met ingedrukt zegel, voorstellende den Keizerlijken adelaar. 18. 1730, 18 September. Paus Clemens XII benoemt Philippus Jan Eugenius Theodorus van Brienen tot coadjutor van Mathias Franciscus Bastin kanonik van St. Paulus te Luik. Op perkament, met zegel. 19. 1734, 24 Mei. De Raad van Braband bevestigt eene akte verleden voor den notaris-generaal te Brussel den 22 Mei 1734, waarbij Antoon Jakobs bekende in verschillende reizen ontvangen te hebben van Jan Bapt. van Leuven, griffier der baanderije van Grimbergen 6733 gulden 17 stuiver wisselgeld en dat hij voor die som en wegens geld waarvoor voornoemde van Leuven voor hem was borg gebleven en den interest enz. hem schuldig van 17 450 gulden 52 stuiver wisselgeld, zijne goederen tot onderpand stelde. 1738, 30 Juni. Keizer Karel VI beveelt den eersten deurwaarder van den Raad van Braband executie van het voorgaande ten behoeve van den voornoemden van Leuven. 1750. Maria Theresia geeft last aan den eersten deurwaarder van den Raad van Braband tot executie van het voorgaande ten verzoeke van J. Segers als voogd der drie minderjarige kinderen van wijlen Frans de Smet, benevens Françoise de Smet hunne zuster, minderjarige dochter als naaste erfgenamen en representanten van wijlen Louis Joseph Jan Baptist van Leuven, eenig achtergelaten kind van wijlen Jan Baptist van Leuven voornoemd. Op perkament. 20. 1741, 30 September. Brieven van indaging door Keizerin Maria Theresia ten behoeve van Karel van Brienen, hoofddrossard des lands van Valkenburg, impetrant van voorgaande brieven van reformatie tegen de leenmannen van het leenhof van Valkenburg gedaagden en N. de Negri zoo voor zich zelven als voor zijne mededeelhebbers bezitters van Wijershof alias Beuckhousen, leen tot Merckelbeek. Op perkament. 21. 1743, 9 December. De Staten-Generaal der Vereenigde Nederlanden ontslaan Paulus Vlieckx, advocaat en burger van Maastricht, van zijne Brabantsche geboorte bij wisseling tegen Otto Guillaume Ross, burger dier stad en van Luiksche geboorte. Dit besluit zou tot zijn beslag komen zoodra het aan voornoemd gerechtshof was gebleken dat O. G. Ross door den prins-bisschop van Luik van zijn Luiksche geboorte was ontslagen. Op perkament, met opgedrukt zegel. 22. 1748, 5 Juli. Paus Benedictus XIV benoemt in een schrijven aan den officiaal fori gratiosi" Jacobus Henricus Guilielmus van Brienen tot kanonik van St. Servaas te Maastricht in plaats van Nicolaas Veugen die overleden was, met last aan den officiaal om genoemden kanonik te ontslaan van de excommunicatie, suspensie en interdict beloopen doordien hij als clericus het ambt van schepen had uitgeoefend in crimineele zaken. Met executie in dato 22 Augustus 1748 door Egmond Sebastiaan |